Overigens is eventuele verstoring voor dit nest naar mijn mening te verwaarlozen: het water waarin het nest ligt, ligt aan een zandweg die gebruikt wordt door (veel) landbouwvoertuigen, af en toe een auto, fietsers en wandelaars en wij zitten op een afstand tot het nest van ruim 20 meter (op de andere oever).
Hoewel de weersvoorspellingen in eerste instantie niet zo fraai zijn (bewolkt en regen), wordt dat gelukkig meteen aan het begin van de ochtend al bijgesteld naar droog, zonnig met geregeld wolken en een temperatuur van maximaal 13 graden. En dus gaan we even kijken of de fuutjes al uit het ei gekropen zijn. Bij aankomst zien we één fuut op het nest zitten: er zijn dus nog eieren. De andere fuut dobbert wat in het water. Ook als de broedende fuut even opstaat, valt ons niks bijzonders op: we zien nog steeds 3-4 eieren. En toch valt me op een gegeven moment iets op: de futen hebben beide 'opgezette veren', alsof ze iets onder hun veren hebben. Jonge fuutjes worden door de ouders vaak meegenomen op de rug (onder de veren), hoewel ze zelf na een paar dagen al uitstekend kunnen zwemmen. Op de rug van een ouder zijn ze namelijk beter beschermd tegen roofvissen en reigers. We besluiten even goed op te letten. En dan verschijnen er ineens twee kleine koppies, bij iedere ouder één. Dus hoewel er nog gebroed wordt, zijn er toch al twee fuutjes uit het ei gekropen! Wat geweldig! Er vindt een nestwissel plaats: de fuut op het nest gaat staan, waardoor het fuutje dat op de rug zit er van af glijdt. De andere ouder neemt het fuutje op de rug (erop kruipen is zo eenvoudig nog niet) en springt op het nest. Het onderste fuutje glijdt helaas van de rug af en belandt op zijn rug op de rand van het nest. Gelukkig komt de andere ouder het onfortuinlijke fuutje te hulp en neemt het mee op de rug. We zien dat de jonge fuutjes donsveertjes gevoerd krijgen. Dit is voor de darmwerking. Soms krijgt een fuutje een veertje aangeboden, maar als hij hem bijna te pakken heeft, gaat de ouder een stukje naar achter. Op die manier worden ze gelokt, om bijvoorbeeld van het nest af te komen. De ouder die in het water ligt zien we regelmatig met eten aan komen zwemmen. Het is bijzonder vertederend om te zien hoe geduldig en voorzichtig de ouders zijn bij het voeren. Soms zijn de ouders iets te enthousiast: het visje blijkt te groot. Hoewel beide fuutjes interesse tonen, lukt het niet om het visje naar binnen te krijgen. Het visje verdwijnt dan ook in de maag van één van de ouders. Eén van de fuutjes opent het snaveltje: zou hij/zij toch nog honger hebben? Even is er aandacht voor de eieren... Na het eieren keren wordt er wederom een visje aangeboden aan de jonge fuutjes. Maar hoe de ouders ook hun best doen, het visje gaat er niet in. Ter compensatie voert de ouder een donsveertje. Het is weer tijd voor een wissel: de broedende fuut staat op en.... verliest al meteen één van de jonge fuutjes. Hij/zij valt languit op het nest. Ook het andere jonge fuutje valt en een moment liggen ze 'hulpeloos en verlaten' op het nest. De andere ouder springt gelukkig snel op het nest en snel klimmen de jonge fuutjes op zijn/haar rug: veilig onder/tussen de veren. Uiteraard zijn we heel erg benieuwd hoeveel fuutjes er uiteindelijk uit het ei zullen kruipen en hoe het ze de komende tijd zal vergaan: binnenkort hopelijk meer beelden van dit futengezinnetje!
Overigens is eventuele verstoring voor dit nest naar mijn mening te verwaarlozen: het water waarin het nest ligt, ligt aan een zandweg die gebruikt wordt door (veel) landbouwvoertuigen, af en toe een auto, fietsers en wandelaars en wij zitten op een afstand tot het nest van ruim 20 meter (op de andere oever). 's Middags is het ineens strakblauw en met een temperatuur van ongeveer 16 graden aangenaam (er staat bijna geen wind). We besluiten om weer een kijkje te nemen bij de broedende futen. Zouden de eieren al uitgekomen zijn? Ze blijken nog steeds te broeden, dus we zullen nog even geduld moeten hebben voor we op kraamvisite kunnen. We genieten een paar uurtjes van de futen (die zich van ons gelukkig weinig aantrekken) en het heerlijk warme zonnetje. Hier heb ik nog een kort filmpje staan van een nestwissel.
Om 8 uur staan we midden in het veld. Het belooft een heerlijke dag te worden met een temperatuur tot ca 20 graden. De bedoeling is om weer eens vlinders (oranjetipje, witjes) met dauwdruppels te fotograferen: het is zo mooi om naar slapende vlinders met glinsterende druppeltjes op hun hele lijfje te kijken. Maar hoe goed we ook zoeken, we vinden geen enkele (!) slapende vlinder. We zien hier trouwens geen enkele vlinder, ook niet vliegend. En dat terwijl dit toch een pinksterbloemen-rijk gebied is en ze hier vorig jaar wel zaten. Ik ben teleurgesteld, maar probeer tijdens de wandeling toch te genieten van de vele zingende rietzangers, fitissen en tjiftjaffen (en andere vogels). Bijna bij de auto zien we twee grauwe ganzen wegvliegen uit het bos (waarschijnlijk geschrokken toen wij naderden). We horen hevig gepiep: het zijn vier pullen die helemaal in paniek zijn nu de ouders vertrokken zijn. We maken ons klein en wachten tot ze het water hebben bereikt. Hopelijk vinden de ouders hen snel... Bij onze volgende stop, de vogelplas, zien we een aantal kleine steltlopers, eenden, ganzen, zwanen en een lepelaar. De meeste vogels zitten echter te ver weg voor een leuke foto. Ook de zangvogels (kneu en snor) zitten ver weg of tussen het riet verstopt. Wat een pech... Bij ons volgende plekje hopen we meer succes te hebben. Inmiddels hebben we de vlinders voor vandaag 'uit ons hoofd gezet' om toch te kunnen genieten van wat we wél zien en horen. We worden uitbundig verwelkomd door een luid zingende roodborst. Doordat ik natte voeten heb gekregen van het wandelen door het natte gras, besluiten we om even in de zon te gaan zitten en gewoon te genieten. Heerlijk is het! Een juffer in tandem vliegt voorbij: mijn eerste juffer van dit seizoen. Helaas kan ik niet zien welke juffer het is (vermoedelijk een vuurjuffer). Dan komt er 'iets groots' overvliegen: het blijkt een prachtige purperreiger te zijn, een alleen in de zomer in ons land voorkomende reigersoort. Kort daarna vliegt een prachtige lepelaar over. Toch wel erg genieten hier! Overigens zie ik hier een vliegend oranjetipje ♂ en enkele andere vlinders. Dat maakt de slechte start van de dag weer een beetje goed... In en boven het water zijn vooral eenden en ganzen te zien. Ook hiervan probeer ik foto's te maken, maar de afstand tot de meeste vogels is helaas (te) groot. Hoog boven het riet vliegt een roofvogel: het is de bruine kiekendief. Even later zien we ook het vrouwtje. Heerlijk om deze vogels ook weer te zien! Dichterbij horen we veel zangvogels in de wilgen: tjiftjaf, fitis, rietgors... Een pimpelmees doet zich tegoed aan de wilgenkatjes. Onze laatste stop wordt het ooievaarsstation. Bij aankomst blijkt dat ze gesloten zijn (alleen op woe en zat geopend): pfff, dat kon er ook nog wel bij (maar vandaag even niet). Een boomklever pikt in een boomstam. Ik maak er deze foto van en het maakt me weer iets vrolijker. We proberen de ooievaars die we kunnen zien te fotograferen. Hierbij worden we trouwens bijna omver gevlogen door een ooievaar die het bospad (waar wij staan) neemt. Gelukkig loopt het goed af... Pech of geluk? Het is maar hoe je er tegenaan kijkt. Op het moment zelf vond ik vooral dat we pech hadden, maar nu ik de foto's terugkijk en zie hoeveel moois we hebben gezien, vind ik dat we ook een beetje geluk hebben gehad... Maar als vlindergek voel ik de teleurstelling nog wel...
|
NatuurblogAls je goed kijkt, kun je iedere dag iets moois zien
Intens genieten van mooie natuurmomenten. Dat is wat ik doe als ik in de natuur ben én ik probeer die momenten vast te leggen. Je kunt via dit natuurblog meegenieten. Waarom ik geen locaties doorgeef Laatste berichtenArchief
May 2020
Label
All
|