Vlinders > Dagvlinders > Blauwtjes > Boomblauwtje
Celastrina argiolus
Voorkomen: algemene standvlinder
Habitat: allerlei struwelen in bossen, tuinen, parken en agrarisch gebied; vooral bij struwelen in vochtige heidevelden
Mobiliteit: mobiel
Rups: half mei-eind jun en begin aug-eind sep
Waardplant: sporkehout (vuilboom), wegedoorn, klimop, grote kattenstaart, struikhei, hulst en vlinderstruik
Voeding: honingdauw, sap van bloedende bomen en nectar; soms drinkend bij plassen of uitwerpselen
Vliegtijd: eind mrt-begin jun en half jun-begin okt in 2 of 3 overlappende generaties
Overwintering: als pop
Habitat: allerlei struwelen in bossen, tuinen, parken en agrarisch gebied; vooral bij struwelen in vochtige heidevelden
Mobiliteit: mobiel
Rups: half mei-eind jun en begin aug-eind sep
Waardplant: sporkehout (vuilboom), wegedoorn, klimop, grote kattenstaart, struikhei, hulst en vlinderstruik
Voeding: honingdauw, sap van bloedende bomen en nectar; soms drinkend bij plassen of uitwerpselen
Vliegtijd: eind mrt-begin jun en half jun-begin okt in 2 of 3 overlappende generaties
Overwintering: als pop