Klein geaderd witje
Het klein geaderd witje is eigenlijk de makkelijkste van de drie: op de onderkant van de achtervleugel zijn de aders grijsgroen bestoven. Maar dit is soms wel moeilijk te zien: de voorjaarsgeneratie van het klein geaderd witje heeft opvallende aders, maar de zomervlinders zijn soms moeilijk van het klein koolwitje te onderscheiden. De zwarte vlek in de voorvleugelpunt loopt geleidelijk naar beneden toe ('druppelt na') en eindigt niet in een rechte lijn. |
Toelichting foto's
Het klein geaderd witje zit vaak met gesloten vleugels (dit geldt ook voor klein koolwitje en groot koolwitje). De groen bestoven aders aan de onderkant van de achtervleugel zijn dan goed zichtbaar. Bij de zomervlinders is de bestuiving vaak zó licht dat ze lijken op kleine koolwitjes. Waar je dan naar kijkt (als je de mogelijkheid hebt) is de zwarte vlek in de vleugelpunt: die 'druppelt na' bij het klein geaderd witje.
Klein koolwitje
Het klein koolwitje is de algemeenste vlinder in Nederland. De zwarte vlek op de bovenkant van de voorvleugelpunt loopt langs de vleugelrand niet door tot beneden de zwarte stip op het midden van de voorvleugel. Bovendien is deze vlek klein en recht afgesneden. De aders op de onderkant van de achtervleugel hebben geen grijsgroene bestuiving. |
Toelichting foto's
Het klein koolwitje heeft juist géén grijsgroen bestoven aders aan de onderkant van de achtervleugel. Echter, dat heeft het groot koolwitje ook niet! De zwarte vlek in de vleugelpunt biedt dan uitkomst: deze is recht afgesneden (druppelt dus niet na!) en stopt boven de zwarte stip in het midden van de voorvleugel.
Groot koolwitje
Het groot koolwitje is, zoals de naam al doet vermoeden, de grootste van de drie. Zij is verder vooral van het klein koolwitje te onderscheiden door de relatief grote hoeveelheid zwart in de vleugelpunt. Deze zwarte vlek loopt langs de vleugelrand naar beneden tot voorbij de zwarte stip op het midden van de voorvleugel. De aders op de onderkant van de achtervleugel hebben geen grijsgroene bestuiving. |
Toelichting foto's
Hoewel het groot koolwitje groter is dan de twee andere vlinders, is dat in het veld soms lastig in te schatten. Ook deze vlinder zit meestal met gesloten vleugels (vandaar dat ik ook geen foto heb van een mannetje; de foto van het vrouwtje was een toevalstreffer). Het feit dat er géén grijsgroen bestoven aders zijn op de onderkant van de achtervleugel onderscheidt haar dan van het klein geaderd witje. De binnenkant van de vleugels is echter doorslaggevend; soms 'wappert' het groot koolwitje even met de vleugels tijdens het nectar drinken en kun je de binnenkant toch (even) zien. De grote zwarte vlek in de vleugelpunt is namelijk heel duidelijk, loopt halfrond weg en komt tot voorbij de zwarte stip(pen). Deze is duidelijk te onderscheiden van de (veel kleinere) vlek van het klein koolwitje. De Vlinderstichting heeft een handige herkenningskaart WITJES gemaakt.
Ook in jouw tuin?
'Koolwitjes' staan bekend als veroorzaker van grote schade aan koolplanten in moestuinen. Dit betreft vooral het groot koolwitje, doordat de eitjes van het groot koolwitje in groepjes worden afgezet en er dus ook grote aantallen rupsen zijn. De eitjes van het klein koolwitje en het klein geaderd witje worden afzonderlijk afgezet op de bladeren van de waardplant. De belangrijkste waardplanten zijn kruisbloemigen, waaronder dus koolplanten, maar ook damastbloem. |
Vorig jaar heeft een klein koolwitje haar eitje afgezet op de damastbloem in onze tuin. Helaas hebben we toen geen rups kunnen ontdekken. Wellicht was het eitje geparasiteerd. Dit gebeurt vaak bij het klein koolwitje en wordt meestal gedaan door een sluipwesp. Ook de eitjes van het groot koolwitje zijn hier gevoelig voor. |
Dit jaar hebben we ook een aantal koolplanten in de tuin gezet, speciaal voor de rupsen van de drie genoemde witjes. Enerzijds om de vlinders te helpen zich voort te kunnen planten, anderzijds om de mogelijkheid te hebben om vlinders, eitjes, rupsen en misschien zelfs een pop van dichtbij te kunnen zien. Witjes maken een gordelpop: een pop die halverwege met een spinseldraad aan een blad wordt vastgemaakt en daarmee in de herfst op de grond valt; soms wordt een gordelpop aan een stam of muur vastgehecht. Zo'n pop heb ik nog nooit gezien en zou ik heel graag eens willen fotograferen. Ik zit dus (in)gespannen te wachten bij de koolplantjes en de damastbloemen!
Klik op het label Informatief in de kolom hiernaast om alle blogs uit deze serie te zien.
De getoonde foto's zijn niet vandaag gemaakt.