Hoe grijs kan een dag zijn? Toch ga ik voor het eerst in tijden weer eens wandelen en neem de macrolens mee. Hoewel ik geen lange wandeling plan, blijf ik bijna 2 uur weg. Wat heb ik dit gemist! Het is zo fijn om helemaal alleen in de natuur te zijn, geen andere mensen om je heen, genieten van de rust en stilte. Je hoort alleen een specht die zijn mooie roffel laat horen (en het luchtalarm om 12 uur). |
Hoewel ik zo op het eerste oog niks kleurigs kan ontdekken, is mijn doel van deze wandeling om de weinige kleur in de natuur op te zoeken. Dat valt niet mee. Hoe goed ik ook kijk en tuur (mijn ogen werken prima!), dat valt niet mee. Deels probeer ik om middels wat kleur van takjes en bladeren kleur in de achtergrond te krijgen. Bijvoorbeeld op deze foto van druppeltjes op een grasspriet. De kogelzwam is (als je ze met velen tegelijk op een dode tak ziet) eigenlijk maar saai. Maar door wat te spelen met diafragma en positie lijkt het best een kleurig geheel. De berkenzwam daarentegen is van zichzelf al redelijk gekleurd (hoewel niet opvallend), dus een rustige (ton-sur-ton) achtergrond voldoet in mijn ogen. Hele stukken hei staan vol met varens. Aangezien ze aan het afsterven zijn, oogt het behoorlijk mistroostig. Maar op een detailfoto is het eigenlijk best mooi. Helaas wordt de hei verdrongen door grassen. Toch vind ik een plaatje van dit gras ook mooi, met allerlei soorten bruintinten (even iets anders dat dat saaie grijs om me heen). Op de droge plekken tussen de hei staan veel mossen. Bekermos bijvoorbeeld, maar ook het prachtige rendiermos. De naam is afgeleid van de vorm van de 'plant' die op een hertengewei lijkt. Rendiermos is het hoofdvoedsel van rendieren in Lapland. Hoewel rendiermos op een plant lijkt, bestaat deze uit een innige symbiose van een schimmel en een alg (groenwier) en wordt een korstmos genoemd. Op sommige plekken zie je nog besjes hangen. Dit zijn de prachtige, maar zeer lastig te fotograferen (of ligt dat aan mij?) felrode besjes van de Gelderse roos. Overal zie je de kamperfoelie alweer bloeien. Het frisse groen van de jonge blaadjes dan. Ik kan niet wachten tot ze weer (echt) in bloei staan: wat ruiken de bloemen heerlijk he? Elzen en hazelaars (ja, van de hazelnoten) zijn één van de vroegst bloeiende bomen/struiken. De hazelaar is een "naaktbloeier": de plant bloeit als deze nog geen bladeren heeft en is voor de bestuiving afhankelijk van de wind. Aan de hazelaar zitten de mannelijke en de vrouwelijke bloeiwijzen apart. De mannelijke bloemen (foto links) zitten in katjes en zijn al in de zomer aanwezig in de oksels van de bladeren. Ze gaan pas bloeien in januari. De vrouwelijke bloemen (foto rechts) zitten met drie tot vier stuks in een klein knopje bij elkaar. Tijdens de bloei zijn alleen de rode stijlen met de stempels te zien [bron: Wikipedia]. Dit was geen makkelijk doel, maar ik ben blij met het resultaat. Goed kijken (zien) is moeilijk, dat realiseerde ik me weer toen er tijdens mijn wandeling twee vrouwen op me af kwamen toen ik bij een boom stond met de camera op de boomstam gericht. Wat ziet u? Een vlinder. Huh, een vlinder, waar dan??? Nou ja, de rups van een vlinder. Oh echt, waar dan?? Hier mevrouw. Het is de rupsfase van een zakdrager, een microvlinder. Ze hadden er nog nooit van gehoord en bedankten me omdat ze toch iets nieuws hadden geleerd tijdens hun wandeling.
0 Comments
Leave a Reply. |
NatuurblogAls je goed kijkt, kun je iedere dag iets moois zien
Intens genieten van mooie natuurmomenten. Dat is wat ik doe als ik in de natuur ben én ik probeer die momenten vast te leggen. Je kunt via dit natuurblog meegenieten. Waarom ik geen locaties doorgeef Laatste berichtenArchief
May 2020
Label
All
|